Kijkje in de keuken van de Hockenheimring

Net zoals elk circuit anders is, verschillen ook de remkarakteristieken per racebaan. Een blik in de data van Brembo op de Hockenheimring, het circuit dat al 35 Duitse GP-races heeft georganiseerd, levert opnieuw een aantal interessante inzichten op remgebied.

Foto: aldorado / Shutterstock

Hoewel het circuit van Hockenheim sinds de eerste keer dat de Formule 1 neerstreek in 1970 door toevoeging en wijziging van chicanes een aantal maal is veranderd, staan de klassieke scherprechters nog steeds fier overeind. Het Duitse circuit heeft wat bochten betreft bijna alles in huis, zoals de Spitzkehre-haarspeldbocht (bocht 6), bijzonder snelle bochten, zoals bocht 7 die volgas wordt genomen en andere bochten, waarbij het remgebruik op het middenniveau ligt.

 

Powercircuit

De Hockenheimring is een circuit waar de pk’s meestal het verschil maken en de remmen profiteren van de lange rechte stukken om af ​​te koelen. Vooral na de inspanningen op het eerste gedeelte van het circuit. Als het regent, zoals afgelopen weekend het geval was, wordt een ander dimensie belangrijk: het koolstofremsysteem (schijven en blokken) bereikt dan niet zijn optimale bedrijfstemperatuur. In dit geval beschikken de coureurs niet over alle wrijving die ze nodig hebben om te remmen. Een bezoek aan de grindbak is dan sneller gemaakt.

 

Hoge moeilijkheidsgraad

Volgens de technici van Brembo behoort de Hockenheimring tot de categorie van circuits met een hoge moeilijkheidsgraad voor de remmen. Gemiddeld gebruiken de Formule 1-coureurs hun remmen elke ronde iets meer dan 11 seconden, wat een halve seconde onder die van de Canadese GP ligt. De Duitse asfaltstrook is echter 250 meter langer dan die van Montreal en de gemiddelde rondesnelheid van de auto’s ligt in Duitsland hoger. Uit de meetresultaten blijkt dat de remsystemen gedurende 16% van de race worden gebruikt. Dit percentage is exact gelijk aan de Franse GP, de Russische GP en de Japanse GP, maar deze races verschillen erg in hoe vaak en hoe intensief er geremd wordt.

 

Belasting rempedaal

De gemiddelde piekvertraging op Hockenheim is in totaal 3,9G, waarbij de eerste vier remsecties nooit onder de 4G komen. Vanaf het begin van de race tot aan de finishvlag is de hoeveelheid energie die door elke formulewagen wordt afgevoerd meer dan 220 kWh. Van start tot finish belast elke coureur het rempedaal met een kracht van 53 ton.

 

Veeleisende remsecties

Bij minder dan de helft van 17 bochten van de Hockenheimring wordt het rempedaal gebruikt. Vijf bochten worden door Brembo gekwalificeerd als veeleisend voor de remmen, één als ‘middelmatig’ en één als ‘licht’. De meest uitdagende remsectie is die van bocht 2. Hier vertragen de bolides in slechts 2,22 seconden van 309 km/u naar 113 km/u. De bestuurders worden hierbij onderworpen aan een vertraging van 4,4G als ze een belasting van 133 kg op het rempedaal toepassen over een lengte van 128 meter. De snelheidsafname is nog groter bij bocht 6. Hier wordt eveneens hard geremd van 320 km/u naar 75 km/u in slechts 2,65 seconden. De vertraging is echter iets lager (4,3G) bij deze bocht, hoewel de belasting op het rempedaal 134 kg bereikt. Deze kenmerken maken van bocht 6 een geliefd inhaalpunt om een concurrent te passeren. Ook het noemen waard is bocht 8: van 293 km/u naar 117 km/u, 116 meter lang in 2,08 seconden met pedaalkracht van 130 kg. Naast al dit remgeweld is het ook aardig om te zien dat bijvoorbeeld in de bochten 1 en 12 het rempedaal slechts 0,5 seconde wordt getoucheerd. De F1-bolides vertragen hier dan ook maar van 306 km/u naar 256 km/u in bocht 1 en van 288 km/u naar 254 km/u in bocht 12.

Afbeeldingen: Brembo.com

Meer van dit onderwerp weten?

Ander nieuws?